Dinsdagavond 25 maart jl zijn de leden van de Unie van Pluimvee Producenten tijdens de algemene ledenvergadering bijgepraat over relevante ontwikkelingen. In een goed gevulde zaal werd in Heteren teruggeblikt op ontwikkelingen en belangrijke stappen die in 2024 zijn gezet. Na het besloten deel waren er boeiende presentaties van Cyriel Ruers (Maverick Advocaten: mededinging en handelspraktijken), Alex Datema (Rabobank: verduurzaming en financiering) en Wim Thomassen (UPP Sales BV: marktontwikkelingen).

Op weg naar 200 leden in 2025 en 50% van de eiproductie

In 2024 zijn 52 nieuwe leden verwelkomt. Het aantal geslaagde verkoopbemiddelingen steeg met 154% ten opzichte van 2023. De groei en ontwikkeling komt vooral op conto van de legpluimveehouderij. Via de verkoopbemiddeling zijn inmiddels eiercontracten gesloten voor miljarden eieren. Het is de ambitie om in 2025 minimaal 40 nieuwe leden te verwelkomen.

Het aandeel in de nationale eiproductie neemt gestaag toe. In enkele jaren tijd van ca. 3 miljoen naar bijna 10 miljoen hennen. Het is de ambitie om op korte termijn door te groeien naar 12,5 miljoen hennen, goed voor ca. 50% van de Nederlandse eiproductie.

Positief financieel resultaat 2024, ongewijzigde contributie en begroting 2025

Klaasjan Salomons (penningmeester ai) presenteerde de jaarrekening. Ook het afgelopen jaar kon positief worden afgesloten. Inkomsten en uitgaven nemen toe, in lijn met de ambities van een groeiende organisatie. Het weerstandsvermogen is gegroeid tot bijna 50% van de doelstelling in deze fase. De aanwezige leden waren positief over het voorstel om contributie en vergoeding bij een geslaagde verkoopbemiddeling niet te wijzigen ten opzichte van 2024. De gepresenteerde begroting gaat uit van een groei van inkomsten van 40%. De extra inkomsten worden aangewend voor groei, door te investeren in versterking van organisatie en marketingcommunicatie. In de begroting is rekening gehouden met het aantrekken van een tweede ‘verkoopbemiddelaar’ (vacature Internationaal Trader), die nauw gaat samenwerken met Wim Thomassen. De aanwezige leden stemden unaniem in met de begroting.

UPP Sales BV, A-leden en winstbestemming

Per 1 januari 2025 is de producentenvereniging gesplitst in Coöperatie Unie van Pluimveehouders u.a. en UPP Sales BV. Met de coöperatie als enig aandeelhouder van de BV. Pluimveehouders zijn lid van de coöperatie, vormen het hoogste orgaan en fungeren indirect als werkgever van de medewerkers van UPP Sales BV. Na opbouw van voldoende weerstandsvermogen zal het bestuur jaarlijks een voorstel aan de algemene ledenvergadering doen voor de winstbestemming. Beoogd is om positief resultaat als dividend uit te keren aan A-leden. Dat zijn leden die UPP Sales BV inschakelen voor verkoopbemiddeling.

Personalia: Harry Ketels zoekt opvolger, Aalt den Herder wordt directeur  

Harry Ketels heeft aangekondigd dat hij een stapje terug wil zetten. Samen met het bestuur en een externe adviseur wordt gezocht naar een opvolger in de vorm van een onafhankelijk technisch voorzitter. Ook is er behoefte aan pluimveehouders die in het bestuur de rol van secretaris respectievelijk penningmeester kunnen en willen vervullen. Voorlopig worden die posities ad interim ingevuld door Harry met ondersteuning van Agnes en Hanneke. Medebestuurslid Paul Grefte blikte terug op het ontstaan van de UPP. Onder applaus van de aanwezigen bedankte hij Harry voor zijn inzet, mede daardoor kon de UPP december 2021 van start gaan.

Na een traject met een onafhankelijk organisatieadviseur heeft het bestuur Aalt den Herder gevraagd om directeur te worden van UPP Sales BV. Hij heeft daarop positief gereageerd. Tijdens de bijeenkomst bedankte hij het bestuur voor het vertrouwen. Hij is gemotiveerd om samen met het bestuur en het team de organisatie door te ontwikkelen. De aanwezigen applaudisseerden, met na afloop van de vergadering de nodige persoonlijke felicitaties. 

Cyriel Ruers: Mededinging en Wet OHP gericht op goed functioneren markten

In een boeiende en interactieve presentatie werd de zaal in een vogelvlucht meegenomen in de wereld van mededinging en de wet oneerlijke handelspraktijken. De regels zijn er op gericht dat markten goed werken, zowel bij in -als verkoop. Met eerlijke prijsvorming in een markt met volledige competitie. De lijsten met niet toegestane gedragingen, ter bescherming van zwakkere schakels in een handelsketen, werd behandeld. Meermaals werd benadrukt dat de land -en tuinbouw een unieke positie heeft. Omdat de positie van producenten in versketens kwetsbaar is, met ongelijke verhoudingen, mogen ‘boeren’ zich verenigen in producentenorganisaties zoals de UPP. Daarmee krijgen ze ruimte om hun verkooppositie te verbeteren, zonder dat ze in strijd handelen met het kartelverbod. Vanuit de zaal werd gevraagd of retailers hun inkoopvolume mogen op -of afschalen bij een neergaande respectievelijk opgaande marktprijs. Enige bescherming is te verwachten van de niet-toegestane handelingen “ . . .een afnemer korter dan 30 dagen van te voren een bestelling van bederfelijke waar annuleert. . . “ en “. . .een afnemer zonder overleg contracten of voorwaarden wijzigt. . “. Maar als een retailer contractueel zijn bestellingen overeenkomt met een min-max volume, is een ongeoorloofde handelspraktijk minder relevant.

Lees hier de blog over oneerlijke handelspraktijk in de agri- en foodketen, geschreven door Maverick Advocaten

Alex Datema: Op weg naar een duurzame en vitale agrofoodsector

De afgelopen decennia hebben agrofoodketens zich gericht op produceren van veel en veilig voedsel voor een lage prijs. Het hele systeem is daarop ingericht. Dat maakt het ingewikkeld om opgaven voor verduurzaming van de grond en betaald te krijgen. Lastig is dat de overheid geen duidelijke langjarige agenda voor verduurzaming heeft. Terwijl een ondernemer wel moet investeren met de lange termijn voor ogen. Er komt veel ad hoc op de sector af. Banken zitten in de positie dat ze risico’s bij financiering moeten inschatten, over een termijn van 10-20 jaar. Bij het ontbreken van duidelijk overheidsbeleid is dat complex. Daarom heeft de Rabobank een eigen visie opgesteld. Dat er opgaven aankomen, ook voor de pluimveehouderij, is immers een gegeven. Denk alleen al aan het Convenant Dierwaardige Veehouderij. Ondernemers zullen op dit soort ontwikkelingen moeten anticiperen, dat is altijd zo geweest.

De aanwezige pluimveehouders hadden moeite met het beeld van een vastgelopen keten waarin verduurzaming vastloopt. Vanuit de overtuiging dat de pluimveehouderij al tot de meest duurzame sectoren behoort. Pluimveehouders willen niet dat een bank op hun stoel gaat zitten. Een interessante discussie ontstond, die vanwege tijdgebrek niet kon worden afgerond. De discussie werd vertroebeld doordat bij menigeen het beeld bestaat dat een bank beleid maakt en bepaalt of/wanneer een pluimveehouder duurzaam onderneemt. Terwijl de bank niet anders doet dan kijken naar ontwikkelingen, mede vanuit (toekomstige) wet -en regelgeving van de overheid. Om daarmee risico’s van financieringsaanvragen te beoordelen.

Wim Thomassen: UPPdate marktontwikkelingen

In korte tijd vertelde Wim Thomassen over zijn ervaringen en kijk op de markt. Het aanbod aan eieren staat onder druk door vogelgriep en krimp van de pluimveestapel. Tegelijkertijd neemt de vraagt toe. Mondiaal wordt hard aan de eieren getrokken, oa. vanuit Amerika en Rusland. De potentie voor groei van de vraag is enorm. In twee jaar tijd is de eierconsumptie in Duitsland met 14 eieren per hoofd van de bevolking gestegen. Dat zijn 1,1 miljard eieren die extra geproduceerd moeten worden, oftewel 3,4 miljoen leghennen. Ondertussen daalt naar verwachting het aantal leghennen in Nederland, België en Duitsland van 85 miljoen naar ca. 80 miljoen.

Al met al staan alle seinen op groen voor een vragende markt met aantrekkelijke prijzen. In alle marktsegmenten. Opvallend is dat het prijspeil van de eieren in Polen boven het EU gemiddelde ligt en ook hoger is dan het niveau in Nederland, België en Duitsland. Het verhaal dat Poolse eieren zorgen voor prijsbederf is onjuist.

Het is belangrijk dat pakstations, ook in Duitsland er in slagen hun verkoopprijzen bij retail en industrie te laten stijgen. Anders komen ze klem te zitten. Dat is in niemands belang. Het bestuur is zich hiervan bewust en investeert de komende tijd in goede relaties met pakstations. De keten is immers zo sterk als de zwakste schakel.

Wim constateert tenslotte dat enkele jaren terug 60% van de contracten is gebaseerd op een vaste prijs, vandaag de dag worden 60% van de afspraken gebaseerd op een notering. Voerbinding is een uitzondering geworden.