Hoe komt de NOP-notering nu echt tot stand? De omzet van het gros van de leghennenhouders wordt hierdoor bepaald. Welke rekenformule zit hierachter en waarom wil de NOP deze niet prijsgeven, vraagt Klaasjan Salomons zich af. Het hoofd van de sector Leg van de Unie van Pluimvee Producenten (UPP) vindt dat de LTO/NOP-begeleidingscommissie van de NOP-richtprijzen hier opener over moet zijn.

Het heeft ons verbaasd dat in het interview in Pluimveeweb de begeleidingscommissie stelt: ‘Het kan niet zo zijn dat de industrie-eieren meer opbrengen dan de tafeleieren.’ Waarom niet? Als de retail niet meer wil en kan betalen voor een tafelei, en de industrie zich al meer speler toont in het opwaarderen van het eindproduct, dan wordt prijs bepaald door vraag en aanbod, maar met name ook door het beter vermarkten van datzelfde eindproduct.

Ook verbaasde het de UPP dat de begeleidingscommissie stelt dat ‘Vorig jaar de Weser-Ems een tijdlang noteerde op 2,75 euro per kilogram. Dat was echt hoog; op een dergelijk niveau kan de notering natuurlijk nooit voor een langere periode blijven.’ Het bestuur van UPP vraagt zich af waarom niet.

De prijs van de eieren moet gewoon een juiste afspiegeling zijn van de waarde in combinatie met de verhouding tussen vraag en aanbod. Oftewel eerlijke prijsvorming met gezonde marktwerking, dat is waar de UPP voor staat. In het belang van onze ketenpartners in de pluimveeketen. Iedere schakel heeft recht op een eerlijke prijs, met voldoende ruimte om te blijven investeren in voedselveiligheid, diergezondheid, dierenwelzijn, milieu en klimaat. Lees het hele artikel op Pluimveeweb.